Zambia is een van de grootste landen van Afrika en ook een van de meest beboste landen. Het heeft een rijke fauna met 1.800 diersoorten, waaronder iconische olifanten, buffels, neushoorns en luipaarden.
Het land beschermt haar natuurlijke erfgoed met hand en tand. Er zijn 637 beschermde gebieden om de wilde fauna en flora te behouden. In deze gebieden van in totaal 286.000 vierkante kilometer leven 230 bedreigde en met uitsterven bedreigde soorten.

Toch heeft Zambia te maken met massale ontbossing, waarbij elk jaar naar schatting 79.000 tot 150.000 hectare bos verdwijnt. De achteruitgang is het meest zichtbaar in de oostelijke provincie, waar de nationale parken South Luangwa, Luambe en Lukusuzi een belangrijke rol spelen in het Malawi-Zambia Transfrontier Conservation Area (TFCA). Deze parken vormen een essentieel leefgebied voor wilde dieren, waaronder migrerende soorten zoals olifanten, die vrij door het gebied trekken en de grens met Malawi oversteken.
Gelukkig is er hoop, in de vorm van bomen en bijen. Met de hulp van onze partners in de regio heeft IFAW lokale boeren geholpen om de kracht van planten en bomen te benutten. Deze helpen de voedingsstoffen in de bodem te herstellen en zorgen voor hoge opbrengsten zonder dat er landbouwgrond hoeft te worden uitgebreid en het leefgebied van wilde dieren verder wordt aangetast. Bijenteelt helpt de gemeenschappen daarnaast om minder afhankelijk te worden van het land en biedt gezinnen een stabielere, duurzamere bron van inkomsten. Het is een win-winsituatie voor mensen en dieren.

Een litteken in het ooit zo levendige landschap
Andrew Mbewe, 67 jaar oud, woont in het dorp Siriya, dat onder het gezag staat van Chief (stamhoofd) Chikomeni. Hij maakt zich grote zorgen over de toenemende ontbossing in en rond de Lukusuzi-Kasungu-wildcorridor.
“Nog niet zo lang geleden stond dit gebied vol met bomen”, vertelt Mbewe. “Ik denk vaak terug aan mijn jeugd, toen ik omringd was door bossen, en allerlei wilde dieren zoals olifanten, buffels, koedoes en impala's vrij rond zagen lopen. Het is hartverscheurend om te zien hoeveel er is veranderd.”
Toen Mbewe werd gekozen tot voorzitter van de Chikomeni Community Forest Management Group, was een van zijn eerste beloften om de wonden te helen die de ontbossing had toegebracht aan het land van zijn voorouders.
Uit de volkstelling van 2010 bleek dat de Eastern Province van Zambia 1,6 miljoen inwoners telde. Sindsdien is dat aantal gegroeid tot 2,4 miljoen, waarvan ongeveer 70% voor hun levensonderhoud afhankelijk is van landbouw en natuurlijke hulpbronnen zoals hout.
Slechte landbouwpraktijken maken de situatie alleen maar erger, zegt Mbewe. “Als we onze bossen willen redden, moeten onze mensen anders gaan denken en handelen.”
Een bedreiging voor het ecologisch evenwicht
Het voortdurende verlies van bossen dreigt nu al de migratie van olifanten te verstoren. Menselijke nederzettingen, landbouwgrond en moderne infrastructuur vormen een barrière voor hun migratieroutes.

De Kasungu-Lukusuzi-wildcorridor is een belangrijke route voor olifanten die migreren tussen Kasungu National Park in Malawi en Lukusuzi in Zambia, beide cruciale leefgebieden voor olifanten. Door het kappen van bomen worden hun natuurlijke migratieroutes steeds meer belemmerd en hun leefgebied versnipperd. Omdat olifanten ecosysteemingenieurs zijn, maken natuurbeschermers zich zorgen dat dit het ecologische evenwicht in het landschap zal verstoren.
"Er zijn dringend maatregelen nodig voor natuurbehoud om deze onvervangbare leefgebieden en de wilde dieren die ervan afhankelijk zijn te beschermen", zegt Henry Ndaimani, manager landschapsbehoud bij IFAW.
Een gezamenlijke aanpak om verlies van bossen tegen te gaan
Om dit probleem op te lossen, zijn samenwerking en vertrouwen nodig. In de oostelijke provincie werken IFAW, Community Markets for Conservation (COMACO) en het Department of National Parks and Wildlife (DNPW) samen om duurzame landbouwpraktijken te stimuleren en de afhankelijkheid van natuurlijke hulpbronnen te verminderen. IFAW en COMACO geven momenteel training aan 3.500 mensen in klimaatvriendelijke landbouw en agroforestry (boslandbouw)-technieken.
Met steun van het Duitse bureau voor internationale samenwerking (GIZ) zorgt het bevorderen van klimaatvriendelijke landbouw voor een hogere productiviteit van bestaande landbouwgrond door de bodem vruchtbaar te houden en aangetaste akkers te herstellen.
“We zien minder vernietiging van bossen om akkerland uit te breiden dat door slechte landbouwtechnieken is uitgeput”, zegt Luke Lungu, assistent-projectmanager bij COMACO. Uiteindelijk is het doel van het project om de landbouwinkomsten te verbeteren en kansen te bieden aan mensen die voorheen afhankelijk waren van illegale houtkap, mijnbouw en stroperij.
We hebben stekjes van de boom Gliricidia sepium uitgedeeld aan boeren om de koolstofopslag in de bodem op kleine landbouwpercelen te helpen verhogen. Deze stikstofbindende boom helpt de bodemvoedingsstoffen die tijdens de oogst zijn uitgeput, te herstellen. Dit stimuleert een blijvend hoge opbrengst zonder dat der landbouwgrond hoeft te worden uitgebreid. Dit helpt verder verlies en versnippering van leefgebied te voorkomen.

Tussen maart 2023 en oktober 2024 zijn er 3.300.000 stekjes van Gliricidia sepium uitgedeeld aan 4.714 boeren in de stamgebieden Chikomeni en Mwasemphangwe in Zambia. Tot nu toe zijn er 47 gemeenschapskwekerijen opgezet in deze twee gebieden. Elk plantje kost ongeveer 20 cent – en helpt het leven van boeren op het platteland veranderen.
“Gliricidia helpt de landbouw milieuvriendelijker te maken door boeren minder afhankelijk te maken van kunstmest en pesticiden”, legt Luke uit. “Bovendien groeien de stengels van Gliricidia terug uit de afgesneden stammen, waardoor boeren een hernieuwbare bron van brandstof voor het koken hebben. Dit vermindert de druk op natuurlijke bossen voor brandhout.”
De kracht van bijen benutten
Kleine boeren in de bufferzones van Kasungu en Lukusuzi krijgen ook hulp bij het houden van bijen om gemeenschappen aan te moedigen om bossen te waarderen, te behouden en duurzaam te beheren.

IFAW en onze partners willen ten minste 3.000 bijenkasten voor huishoudens opzetten. Ook willen we boeren ondersteunen met apparatuur, kennis en vaardigheden, en hen in contact brengen met markten.
“Bijenteelt biedt boeren een betrouwbare bron van inkomsten door de verkoop van honing en andere waardevolle producten”, zegt Luke. “Dit stelt hen in staat om niet langer afhankelijk te zijn van bosbouwgrondstoffen zoals houtskool en hout.”
Bossen herstellen voor een betere verbinding
“Met steun van onze partners en de gemeenschap willen we de oorzaken van het verlies en de achteruitgang van bossen aanpakken, en tegelijkertijd duurzame landbeheerpraktijken stimuleren”, zegt Patricio Ndadzela, landendirecteur Malawi en Zambia bij IFAW. “Door actief duurzame bosbeheerpraktijken te promoten, willen we de cruciale leefgebieden van migrerende diersoorten zoals olifanten beschermen en behouden.”
Het Room to Roam-initiatief van IFAW richt zich op het creëren van veilige routes voor olifanten om vrij tussen hun leefgebieden te kunnen rondtrekken. Dit initiatief, dat wordt ondersteund door 25 jaar wetenschappelijk onderzoek, heeft tot doel om de verbindingen tussen cruciale landschappen voor olifantenpopulaties te verbeteren.
Gerelateerde content
Zonder jouw steun kunnen wij ons werk niet doen. Geef nu voor het verbeteren van de leefomstandigheden voor dieren.