20 van de meest fascinerende diersoorten in Noord-Amerika
20 van de meest fascinerende diersoorten in Noord-Amerika
22 november 2023
Van de noordpoolgebieden van Canada en Alaska, Verenigde Staten (VS), waar poolwolven rondzwerven, tot de woestijnen van het zuidwesten van de VS en Mexico waar het gilamonster woont: Noord-Amerika is een biodivers continent met een grote verscheidenheid aan wilde dieren. Hieronder benoemen we 20 van de meest fascinerende dieren in Noord-Amerika, samengesteld door onze teams uit de VS, Mexico en Canada.
1. Canadese lynx
De Canadese lynx (Lynx canadensis) wordt gekenmerkt door zijn lange, dichte vacht, sneeuwschoenachtige poten en zwarte plukjes aan zijn oren. Hij komt voor in Canada en in de Amerikaanse staten Alaska, Maine, Montana, Washington, Minnesota en Colorado (en mogelijk Wyoming, Wisconsin, Michigan en New Hampshire). Canadese lynxen leven in boreaal woud (uitgestrekt en koud naaldwoud) en hebben vooral Amerikaanse hazen als prooi. De grote poten van de Canadese lynx helpen hem besneeuwde gebieden te doorkruisen. Hoewel lynxen veel groter zijn dan huiskatten, worden ze niet beschouwd als grote katachtigen, zoals leeuwen en tijgers. Canadese lynxen zijn ongeveer 75 tot 90 centimeter lang en wegen 6 tot 14 kilogram. De IUCN classificeert deze soort als minst zorgwekkend.
2. Gilamonster
Het gilamonster (Heloderma suspectum) is de grootste levende hagedis in de VS en de enige giftige hagedis van het land. Het gilamonster komt voor in delen van Arizona, Californië, Nevada, New Mexico, Utah en het noordwesten van Mexico. Hij is te herkennen aan zijn oranje en zwarte strepen en vlekken. Ondanks zijn ‘enge’ naam is hij meestal sloom en valt hij over het algemeen geen mensen aan. Zijn gif is daarnaast meestal niet dodelijk. Het komt vaker voor dat mensen hém vervolgen vanwege zijn angstaanjagende reputatie, ondanks zijn status als beschermde diersoort in Arizona. Het gilamonster dankt zijn naam aan de Gila River Basin, waar hij vroeger veel voorkwam.
Het gilamonster heeft een ‘bijna bedreigde‘ status. Dit heeft te maken met de illegale handel in wilde dieren, verlies van leefgebied, en wegverkeer: het dier wordt vaak aangereden door voertuigen.
3. Noord-Amerikaanse katfret
De Noord-Amerikaanse katfret (Bassariscus astutus) is een soort uit de wasberenfamilie. Ondanks zijn naam is het dus geen kat én geen fret. Een leuk weetje is dat zijn wetenschappelijke naam in het Latijn 'slimme kleine vos' betekent. Zijn verspreidingsgebied strekt zich uit van Louisiana, Arkansas, Californië en het zuiden van Oregon in de VS, tot zo ver zuidelijk als Oaxaca in Mexico. De Noord-Amerikaanse katfret is het officiële zoogdier van de staat Arizona in de VS.
De Noord-Amerikaanse katfret heeft een donkerbruine tot zwarte vacht. De onderkant van zijn lichaam is lichter van kleur. Zijn kop lijkt op dat van een vos en hij heeft lange snorharen en zwart bont rond zijn ogen. Zijn staart is zijn meest herkenbare kenmerk: deze is ongeveer even lang als zijn lichaam en bestaat uit zwarte en witte ‘ringen’. In het Engels worden ze dan ook ‘ringtails’ genoemd.
Noord-Amerikaanse katfretten kunnen abnormaal lang overleven zonder water te drinken. In plaats daarvan halen ze het vocht uit het voedsel dat ze eten. Ze hebben dan ook de meest geconcentreerde urine van alle ooit onderzochte zoogdieren. Dit zorgt ervoor dat Noord-Amerikaanse katfretten water kunnen bewaren. De Noord-Amerikaanse katfret is door de IUCN geclassificeerd als minst zorgwekkend.
4. Araparkiet
De araparkiet (Rhynchopsitta pachyrhyncha) is een groen-rode papegaai die vroeger inheems was in de VS en nu alleen nog voorkomt in Mexico. Van araparkieten is bekend dat ze geluiden maken die lijken op het lachen van mensen.
Na het uitsterven van de carolinaparkiet, die in 1910 voor het laatst in het wild werd gezien, was de araparkiet de laatst overgebleven papegaaiensoort waarvan bekend was dat hij in de VS voorkwam. Hij verdween echter vermoedelijk in de jaren ‘90 uit het land.
De araparkiet is bedreigd; er zijn minder dan 2.800 overgebleven exemplaren. Zijn voornaamste bedreiging is ontbossing, wat grotendeels het gevolg is van commerciële houtkap. Minder dan 0,06% van het oorspronkelijke oerbos in de Sierra Madre Occidental ecoregio is nog over. Illegale handel en klimaatverandering zijn ook bedreigingen voor de araparkiet – historisch gezien, en nu nog steeds.
5. Poolwolf
De poolwolf (Canis lupus arctos) is inheems in het noordpoolgebied van Canada, Alaska en Groenland. Het is een ondersoort van de (grijze) wolf. Poolwolven hebben het hele jaar door een witte vacht, die zorgt voor camouflage in hun permanent met sneeuw bedekte leefgebieden – enkele van de meest afgelegen leefgebieden ter wereld. Poolwolven zijn goed aangepast aan ijskoude temperaturen en kunnen de strenge, donkere winters overleven. Ze kunnen meerdere weken zonder voedsel en hoeven geen winterslaap te houden.
Deze wolven leven veel noordelijker dan de meeste menselijke gemeenschappen. Ze zijn bovendien nooit bejaagd of verdrongen door landbouw of industrialisatie, wat misschien verklaart waarom ze niet bang zijn voor mensen. Op dit moment staan ze op de lijst van minst zorgwekkende diersoorten. De stijgende temperaturen op aarde en de toenemende industrialisatie van het noordpoolgebied zullen in de nabije toekomst waarschijnlijk wel een bedreiging gaan vormen voor de poolwolven.
6. Bever
De Canadese of Noord-Amerikaanse bever (Castor canadensis) is het grootste knaagdier in Noord-Amerika. Het is een van de weinige dieren die zijn leefgebied enorm kan veranderen door de structuren die hij bouwt. Bevers leven in vijvers die ze maken door dammen in beken te bouwen. De bever is inheems in bijna de hele VS en Canada, en komt voor tot in het zuiden van Mexico.
Hoewel bevers vaak als ongedierte worden beschouwd, zijn ze van vitaal belang voor hun leefgebieden in draslanden. Wanneer ze dammen bouwen, veroorzaken ze overstromingen en creëren ze drasland, waar veel dieren van afhankelijk zijn.
Bevers hebben een partner voor het leven en zullen alleen als hun partner sterft een andere partner zoeken. Het zijn geweldige zwemmers, ze hebben namelijk zwemvliezen. Hun grote, platte staarten worden gebruikt voor evenwicht tijdens het bouwen en als communicatiemiddel: ze kunnen op het water slaan om hun familie te waarschuwen voor gevaar.
7. Alligatorschildpad
De alligatorschildpad (Macrochelys temminckii) is de grootste zoetwaterschildpad in Noord-Amerika. Ze leven in het zuidoosten van de VS. Ze staan bekend om hun grote, dreigend stekelige schild, dat doet denken aan dinosaurussen zoals de Ankylosaurus. Ze hebben krachtige kaken en kunnen door de steel van een houten bezem bijten. Ze zijn voornamelijk carnivoor; hun dieet bestaat uit vis, weekdieren, amfibieën en aas (dood dier).
De alligatorschildpad is geregistreerd als kwetsbaar dier – hij wordt bedreigd door onder andere veranderende leefgebieden, vervuiling en pesticiden, en hij wordt bejaagd voor zijn vlees.
8. Bison
De bizon of Amerikaanse bizon (Bison bison) is het grootste landdier in Noord-Amerika: hij wordt tot 2 meter hoog en weegt tot 900 kilogram. Hoewel bizons vaak buffels worden genoemd, zijn ze niet verwant aan de wilde runderen die in Azië en Afrika leven. Bizonkalveren staan in Noord-Amerika bekend als 'rode honden' vanwege de rood-oranje kleur van hun vacht.
Voordat de Europeanen in Noord-Amerika arriveerden, leefden er miljoenen bizons op het continent, uitgestrekt van Alaska tot Mexico. Toen de kolonisten naar het westen trokken, werd hun aantal gereduceerd tot slechts een paar honderd. De enige plek waar ze sinds de prehistorie ononderbroken hebben geleefd is Yellowstone National Park in de Verenigde Staten. Bizons zijn van oudsher belangrijke dieren voor veel inheemse gemeenschappen, omdat ze zorgden voor voedsel, kleding, brandstof, gereedschap en onderdak. Daarnaast hebben ze een spirituele betekenis. Omdat de soort afhankelijk is van natuurbehoud om te overleven, staat hij op de lijst van bijna bedreigde diersoorten.
9. Navelzwijn
Navelzwijnen, ook wel pekari’s genoemd, zijn varken-achtige hoefdieren in de familie Tayassuidae. Ze leven in het zuidwesten van de VS en Mexico. Sommige soorten komen ook voor in Midden- en Zuid-Amerika. Hoewel navelzwijnen niet tot dezelfde familie behoren als varkens (de familie Suidae), zijn ze wel naaste verwanten. Het zijn sociale dieren die in kuddes leven. Ze hebben stompe poten, een korte snuit en een bruine tot donkerbruine vacht. De drie soorten zijn de witlippekari, de Chacopekari en de halsbandpekari.
Populaties van de halsbandpekari leven in de buitenwijken van Phoenix en Tuscon, Arizona, in de VS. Deze soort wordt door de IUCN geclassificeerd als minst zorgwekkend, maar wordt wel bedreigd door overbejaging en vernietiging van leefgebied. De Chacopekari is bedreigd en de witlippekari is kwetsbaar. Navelzwijnen worden zowel voor hun vlees als hun huiden bejaagd.
10. Vismarter
De vismarter (Pekania pennanti) is een vleesetend zoogdier, de grootste van de marters. Ondanks zijn naam eet de vismarter geen vis. De naam is waarschijnlijk afgeleid van het Franse fichet, dat verwijst naar de vacht van de bunzing. Hun gevarieerde dieet bestaat uit eekhoorns, konijnen, muizen, woelmuizen, stekelvarkens, vogels, kikkers, aas en vruchten.
Vismarters hebben een lang, dun lichaam, een bruine vacht en een lange staart. Hoewel ze in bomen kunnen klimmen en goed kunnen zwemmen, blijven vismarters meestal op de grond. Ze zijn het meest actief rond de schemering. Het zijn solitaire dieren en hebben over het algemeen alleen interactie als ze aan het broeden zijn.
Het verspreidingsgebied van de vismarter strekt zich uit van het noordwesten van Canada tot het noordoosten van de VS. Hij is geclassificeerd als minst zorgwekkend.
11. Monarchvlinder
De monarchvlinder (Danaus plexippus) is de enige vlinder waarvan bekend is dat hij, net als vogels, heen en weer migreert. Hun winterverblijf is maar liefst 4.800 kilometer verderop. Monarchvlinders trekken van het noorden van Canada naar Mexico. Velen van hen overwinteren in het Sierra Madre gebergte in Mexico; ze slapen daar in bossen van zilversparren op hoogtes van 2.400 tot 3.600 meter boven zeeniveau.
De westelijke populatie monarchvlinders overwintert aan de kust van Californië, in een vergelijkbaar klimaat als in centraal Mexico. In Californië verzamelen soms tienduizenden monarchvlinders zich op één enkele eucalyptusboom, montereyden of montereycipres.
Hoe deze insecten hun weg over het continent kunnen vinden, wordt nog onderzocht. Wetenschappers denken dat ze waarschijnlijk worden geholpen door de magnetische aantrekkingskracht van de aarde en de stand van de zon.
Hoewel ze bedreigd worden door het verlies van leefgebied en klimaatverandering, staan monarchvlinders op de lijst van minst zorgwekkende soorten.
12. Pika
Pika’s, ook wel fluithazen genoemd, zijn kleine zoogdieren die in de bergen leven. De familie (Ochotona) is onderdeel van de haasachtigen. Er zijn twee soorten fluithazen die in Noord-Amerika leven: de Noord-Amerikaanse fluithaas (Ochotona princeps) komt voor in de Rocky Mountains, Sierra Nevada en het Cascadegebergte, en de alaskafluithaas (Ochotona collaris) in Alaska, Yukon, Brits-Columbia en de Northwest Territories.
Pika's staan erom bekend dat ze hooi en zachte twijgen meenemen in hun holen op rotsachtige hellingen om de winter door te komen. Wanneer ze in hun holen duiken, doen ze een alarmkreet met hoge tonen. Daar hebben ze de naam fluithaas aan te danken.
Beide soorten zijn geclassificeerd als minst zorgwekkend, maar de temperatuurschommelingen die worden veroorzaakt door klimaatverandering veroorzaken zowel oververhitting als onderkoeling bij de pika's. Dit zorgt ervoor dat hun voortbestaan in gevaar komt.
13. Amerikaanse paling
De Amerikaanse paling (Anguilla rostrata) wordt geboren in de Sargassozee (rond Bermuda). Vervolgens zwemt hij tot 10.000 kilometer naar zoetwaterlichamen, van Groenland tot Venezuela. Amerikaanse palingen leven tot 40 jaar in zoet water en keren dan terug naar de Sargassozee om zich voort te planten voordat ze sterven. Er is maar één broedpopulatie van Amerikaanse palingen en ze schieten maar één keer kuit in hun leven – altijd op dezelfde locatie.
Amerikaanse palingen zijn geclassificeerd als bedreigd. Dit komt met name door de vernietiging van hun leefgebied. Het stropen van palingen neemt ook toe, zowel in Canada als in de VS.
14. Grijze walvis
De grijze walvis (Eschrichtius robustus) is een baleinwalvis die voorkomt aan zowel de oost- als westkust van Noord-Amerika, aan de oostkust van het Aziatische continent, bij IJsland en bij Japan. De populatie is zodanig uitgedund dat de grijze walvissen uit de Noord-Atlantische Oceaan zijn verdwenen. Dit is te wijten aan de commerciële walvisvangst. De grijze walvis komt nu alleen nog voor in de Stille Oceaan.
Grijze walvissen maken een verbazingwekkende trektocht: ze zwemmen helemaal van Laguna San Ignacio in Mexico, waar ze bevallen, naar de Beringzee, tussen Rusland en Alaska. In 2000 wilden Mexico en Mitsubishi Corporation een zoutfabriek bouwen in Laguna San Ignacio, het laatste ongestoorde kraamgebied van de grijze walvis. Gelukkig kon IFAW’s campagne op dit gebied dit tegenhouden.
Andere bedreigingen voor de grijze walvis zijn aanvaringen door schepen en verstrikking in vistuig.
15. Sneeuwgeit
De sneeuwgeit (Oreamnos americanus) komt voor in Alaska, het westen van Canada en het noordwesten van de Verenigde Staten. Sneeuwgeiten zijn grijswit en hebben lange zwarte hoorns. Ondanks hun naam zijn het geen geiten en lijken ze meer op gems. Sneeuwgeiten zijn geclassificeerd als minst zorgwekkend.
Sneeuwgeiten bewonen leefgebieden op grote hoogte, meestal boven de 3.000 meter. Ze zijn fascinerend vanwege hun vermogen om de zwaartekracht te trotseren en bijna verticale kliffen te beklimmen. Ze kunnen met slechts één hoef hun hele lichaam omhoog trekken op steile hellingen met een hoek van meer dan 60 graden. Omdat ze in de bergen leven, zijn ze beter beschermd tegen roofdieren. In de zomer trekken ze naar lager gelegen gebieden, en niet, hoe tegenstrijdig ook, in de winter.
16. Atlantische degenkrab
De Atlantisch degenkrab (Limulus polyphemus) leeft in de Golf van Mexico en langs de oostkust van Noord-Amerika. De soort is honderden miljoenen jaren oud en stamt mogelijk uit het Paleozoïcum. Dit betekent dat degenkrabben al lang voor de dinosauriërs op aarde leefden en met hen de planeet hebben gedeeld. Omdat ze in de loop van de geschiedenis zo weinig zijn veranderd, worden degenkrabben vaak levende fossielen genoemd.
Helaas zijn degenkrabben kwetsbaar. Vroeger werden ze geslacht om kunstmest van te maken. Tegenwoordig worden ze geslacht om ze te gebruiken als aas en voor de biomedische industrie, omdat hun bloed een stof bevat die gebruikt kan worden om vaccins, medicijnen en protheses te testen.
17. Rode flamingo
De rode flamingo (Phoenicopterus ruber) komt voor in Mexico, het Caribisch gebied en Venezuela. Hij staat bekend om zijn felroze kleur (die hij dankt aan zijn dieet van garnalen en algen), zijn lange, dunne poten en nek en de manier waarop hij staand op één been slaapt. Rode flamingo’s nestelen in modder, waar ze ruimte maken voor één groot ei. Sommige voeden hun jongen op in extreem zout water waarin de meeste andere dieren niet kunnen overleven.
Hoewel in het algemeen wordt gedacht dat de knieën van flamingo's naar achteren buigen, zijn dat eigenlijk hun enkelgewrichten. Hun echte knieën zitten verborgen onder hun veren.
Flamingo's worden geclassificeerd als minst zorgwekkend, maar ze hebben wel te maken met verlies van leefgebied door menselijke activiteiten en verspreiding.
18. Eland
De eland (Alces alces) leeft in Canada, in het noorden van de Verenigde Staten en in noordelijke gebieden van Europa en Azië. Elanden staan bekend om hun enorme gewei, dat ze in de winter afwerpen en dat in de lente weer aangroeit. Dit gewei helpt mannelijke elanden om hun dominantie te laten gelden en hun ogen te beschermen terwijl ze strijden om een partner. Vrouwelijke elanden hebben geen gewei. Elanden worden geclassificeerd als minst zorgwekkend, maar ze hebben wel te maken met door de mens veroorzaakte bedreigingen van hun leefgebied, waaronder bosbouw en landbouw.
19. Amerikaanse haas
Amerikaanse hazen (Lepus americanus) staan bekend om hun witte vacht en enorme achterpoten. Ze zijn de belangrijkste prooi van de Canadese lynx.
Amerikaanse hazen leven in het noordelijke boreaal woud in de VS en Canada. Ze zijn goed aangepast aan hun omgeving, hun vacht verandert namelijk van kleur: de hazen zijn bruin in de zomer en wit in de winter. Met hun grote poten met zwemvliezen kunnen ze zich met gemak door de sneeuw verplaatsen. Ze worden beschouwd als een van de meest atletische hazen.
Hoewel de Amerikaanse haas als minst zorgwekkend wordt beschouwd, kunnen zuidelijke populaties te maken krijgen met verlies en versnippering van leefgebied en met de gevolgen van klimaatverandering.
20. Axolotl
De axolotl (Ambystoma mexicanum) is een salamandersoort die inheems is in Mexico. In de mythologie van de Azteken is de axolotl een vermomming van de god van vuur en bliksem, Xolotl. Axolotls lijken mythisch door hun verbazingwekkende vermogen om verloren ledematen weer aan te laten groeien en hun hele leven 'jong' te blijven – in tegenstelling tot andere amfibieën ontgroeien axolotls nooit hun jeugdfase. Er zijn nog maar 50-1.000 axolotls over; dit maakt ze ernstig bedreigd. Het verspreidingsgebied van axolotls is beperkt tot slechts een paar gebieden rond Mexico-Stad. Vervuiling en verstedelijking bedreigen hun voortbestaan. Ze werden in het verleden ook gevangen voor de handel in exotische huisdieren.
Gerelateerde content
Zonder jouw steun kunnen wij ons werk niet doen. Geef nu voor het verbeteren van de leefomstandigheden voor dieren.