Press Releases
Complexe operatie redt 10 dolfijnen na golf van strandingen bij Cape Cod
Lees meerVan de toppen van de Himalaya tot de tropische regenwouden van Zuidoost-Azië en de Siberische taiga (boreaal woud): het Aziatische continent herbergt een enorme biodiversiteit aan planten en dieren. Hieronder staan 20 van de meest interessante en unieke dieren die je in Azië kunt vinden.
De Tibetaanse antilope (Pantholops hodgsonii), ook wel de chiroe of orongo, is een middelgroot zoogdier van de familie Bovidae dat leeft in het noordoosten van het Tibetaans Hoogland. Tibetaanse antilopen hebben een dikke, wollige, roodbruine vacht met een witte buik en zwart bont op hun gezicht. Mannelijke Tibetaanse antilopen hebben lange, slanke, licht gebogen horens. Helaas werden Tibetaanse antilopen in de jaren 1980 en 1990 in grote aantallen gestroopt voor hun ondervacht, die shahtoosh of koningswol wordt genoemd.
In 1999 hielp IFAW de regering van China bij het opstellen van Resolutie Conf. 11.8 (Rev. CoP17) over het behoud van de Tibetaanse antilope en de controle op de handel in de antilope. Die resolutie werd door alle CITES-partijen aanvaard. Dankzij het lobbywerk van IFAW plaatste bovendien de Amerikaanse regering in 2006 de Tibetaanse antilope op de lijst van bedreigde diersoorten (Endangered Species Act), waardoor de binnenlandse handel in shahtoosh-sjaals in de Verenigde Staten volledig werd verboden. Sinds de jaren '90 zijn de jacht en de handel streng verboden en de populatie Tibetaanse antilopen is de afgelopen decennia gestegen van 50.000 naar meer dan 300.000 exemplaren. Hoewel ze in 2008 nog als bedreigd werden beschouwd, staan Tibetaanse antilopen nu als bijna bedreigd op de lijst van IUCN.
De koningscobra (Ophiophagus hannah) is een gifslang die voorkomt in delen van China, India, Centraal-Azië en Zuidoost-Azië. Hij kan tot 4 meter lang worden en staat erom bekend dat hij kan 'opstaan' door een derde van zijn lichaam van de grond te tillen. Zijn gif is krachtig genoeg om 20 mensen met één beet te doden, maar gelukkig zijn koningscobra's schuw en vermijden ze mensen wanneer mogelijk. Ze eten voornamelijk andere slangen, maar ook hagedissen, eieren en kleine zoogdieren. Koningscobra's zijn de enige slangen die nesten bouwen voor hun eieren. De koningscobra staat op de lijst van kwetsbare dieren.
Draco is een hagedissengeslacht dat bestaat uit 41 verschillende soorten die bekend staan als vliegende draakjes. Ze worden zo genoemd vanwege hun vliezen die verbonden zijn met zeer lange ribben die uitgeschoven kunnen worden om als vleugels te fungeren. Hoewel ze niet in staat zijn om ‘actief’ te vliegen (op te stijgen vanaf de grond), kunnen ze van boom naar boom zweven en lange afstanden afleggen zonder veel hoogte te verliezen. Deze hagedissen leven voornamelijk in de regenwouden van India en Zuidoost-Azië. Hoewel de meeste soorten vliegende draakjes op de lijst van minst zorgwekkende soorten staan, worden er twee als bijna bedreigd beschouwd.
Hoeloks bestaan uit drie soorten primaten in de gibbonfamilie, die voorkomen in Bangladesh, Noordoost-India, Myanmar en Zuidwest-China. Gibbons zijn mensapen, maar wel een stuk kleiner dan andere mensapen. De drie soorten zijn de oostelijke hoelok (Hoolock leuconedys), de westelijke hoelok (Hoolock hoolock) en de Hoolock tianxin – die in de Engelse naamgeving is vernoemd naar Star Wars-personage Skywalker. Dit komt deels doordat de wetenschappelijke naam van de soort vertaald kan worden als 'hemelse beweging', maar ook omdat de wetenschappers die de soort in 2017 ontdekten fans waren van de franchise. Het is een passende naam, gezien het feit dat deze apen zelden tijd op de grond doorbrengen en van boom naar boom slingeren. Helaas zijn de ‘Skywalker’-hoelok en de westelijke hoelok bedreigd, en is de oostelijke hoelok kwetsbaar.
De Aziatische olifant (Elephas maximus) is het grootste landzoogdier in Azië. Met een lengte van 3,5 meter zijn ze kleiner dan de Afrikaanse savanneolifant, en lijken ze qua grootte op de Afrikaanse bosolifant. Volwassen vrouwelijke Aziatische olifanten wegen 3.000 tot 4.000 kilogram, terwijl mannelijke olifanten tot 5.000 kilogram kunnen wegen. Terwijl mannelijke Aziatische olifanten meestal solitair leven, zijn vrouwtjes veel socialer en vormen groepen waarin leeftijd bepalend is voor het leiderschap.
Als ecosysteemingenieurs zijn Aziatische olifanten van vitaal belang voor het behoud van de biodiversiteit. Door hun eetgedrag verspreiden ze zaden, creëren ze open plekken en paden, bevorderen ze de groei van vegetatie en controleren ze de groei van bepaalde plantensoorten, wat helpt om bosbranden te voorkomen. Helaas worden Aziatische olifanten met uitsterven bedreigd.
Lees hier hoe IFAW Aziatische olifanten beschermt.
De Bengaalse tijgerkat (Prionailurus bengalensis) is een kleine wilde kat die voorkomt in Zuid-, Zuidoost- en Oost-Azië. De Bengaalse tijgerkat is ongeveer 45-75 centimeter lang, met een staart van 19-31 centimeter. Hij weegt slechts 1,7-7 kilogram en is de meest wijdverspreide kleine kat in Azië. Ze variëren in kleur; sommige Bengaalse tijgerkatten zijn licht getint of geel, terwijl andere rood of grijs zijn. Hun vacht heeft zwarte rozetpatronen, net als die van een luipaard, ze hebben dichte vlekken op hun poten en staart, en strepen die van hun voorhoofd naar hun schouders lopen. Bengaalse tijgerkatten komen voornamelijk voor in bossen en jungles, maar ook in struikgewas, halfwoestijnachtige omgevingen en landbouwgebieden. Ze zijn voornamelijk nachtdieren. IUCN classificeert Bengaalse tijgerkatten als minst zorgwekkend.
De gouden langoer (Trachypithecus geii) is een aap die voorkomt in het westen van Assam, India en in de Black Mountains van Bhutan (onderdeel van het Himalaya-gebergte). Deze apensoort heeft een zwart gezicht, en een crèmekleurige of gouden vacht, die in de winter verandert in een donkerdere kleur. Gouden langoeren worden van oudsher door veel mensen in de Himalaya als heilig beschouwd. Ze worden helaas met uitsterven bedreigd.
Door een geologische breuk in de Himalaya zijn er twee ondersoorten gouden langoeren ontstaan: de ene leeft in het zuiden van Bhutan en Assam, India, en de andere leeft verder naar het noorden in Bhutan. Van de noordelijke ondersoort is bekend dat deze zich voortplant met een andere soort, de kuiflangoer, waardoor kruisingen ontstaan.
De dubbelhoornige neushoornvogel (Buceros bicornis) is een grote vogel uit de familie van de neushoornvogels. Hij leeft in India en Zuidoost-Azië, tot zo ver zuidelijk als het eiland Sumatra in Indonesië. De dubbelhoornige neushoornvogel eet voornamelijk fruit, maar kan zich ook voeden met kleine zoogdieren, reptielen en andere vogels. Het is de officiële staatsvogel van Kerala, India. De soort staat op de lijst van kwetsbare vogels; een van de grootste bedreigingen voor de dubbelhoornige neushoornvogel is ontbossing.
De dubbelhoornige neushoornvogel is het makkelijkst te herkennen aan de felgele en zwarte structuur op de bovenkant van zijn enorme snavel. Hoewel deze ‘hoorn’ hol is en geen biologisch doel heeft, speelt hij een rol bij het paren: mannelijke neushoornvogels slaan elkaar met hun hoorn tijdens de vlucht. Neushoornvogels worden soms bejaagd voor hun hoorns en staartveren, die gebruikt worden voor decoratieve doeleinden en voor consumptie.
Plompe lori's zijn een groep kleine, nachtelijke primaten van het geslacht Nycticebus, die voorkomen in Zuidoost-Azië, Bangladesh, India, de Filippijnen en China. Hoewel ze zich net als luiaards langzaam voortbewegen en urenlang stil blijven zitten, kunnen ze zich ook snel genoeg voortbewegen om insecten te vangen en roofdieren te ontwijken. Ze zijn goed aangepast aan het leven in bomen, met sterke ‘handen’, flexibele polsen en extra wervels in hun ruggengraat.
Plompe lori's zijn de enige bekende giftige primaten, waardoor ze tot de kleine groep giftige zoogdieren behoren. Ook hebben ze een unieke verdedigingshouding: ze heffen hun armen boven hun hoofd, waarmee ze de vloeistof in hun armklieren combineren met hun speeksel, en dienen dan hun gif toe. Het gif is zo krachtig dat het bij mensen een anafylactische shock kan veroorzaken.
Van de negen soorten plompe lori's die door IUCN zijn geclassificeerd, staan er drie te boek als kwetsbaar, vier als bedreigd en twee als ernstig bedreigd.
De sterschildpad (Geochelone elegans) is een kleine schildpad met een prachtig geometrisch patroon in geel en zwart. Hij komt voor in delen van India, Pakistan en Sri Lanka. Ondanks de helderheid van het patroon voor het menselijk oog, helpt het deze schildpadden te camoufleren in gras en vegetatie.
Helaas zijn veel sterschildpadden slachtoffer van de handel in exotische huisdieren. Tussen 2008 en 2013 waren ze de meest illegaal verhandelde schildpadden die in Thailand in beslag werden genomen. Ook landbouwwerktuigen brengen veel van deze schildpadden schade toe. Volgens IUCN hebben ze een kwetsbare status.
De Mongoolse buizerd (Buteo hemilasius) is een roofvogel die in heel Azië voorkomt, van Kazachstan tot Zuid-Korea. Hij leeft voornamelijk in bergachtige gebieden, op vlakten aan de voet van heuvels en in graslandgebieden. De buizerd is een bekwame jager, en er is waargenomen dat hij eieren van andere vogels eet. De soort staat op de lijst van minst zorgwekkende soorten, maar de achteruitgang van het leefgebied kan een bedreiging vormen, door overbegrazing van weilanden in bepaalde gebieden van China. Ook loopt hij het risico op elektrocutie.
In het Beijing Raptor Rescue Center (BRRC) van IFAW verzorgen we al jaren roofvogels. Meer dan 54% van de 5.800 roofvogels die we hebben verzorgd, heeft weer terug kunnen keren naar het wild. Een van de succesverhalen is die van een gerehabiliteerde Mongoolse buizerd die het team sinds 2018 volgt. Deze vogel heeft al meerdere broedseizoenen in Mongolië overleefd.
Lees meer over het Beijing Raptor Rescue Center van IFAW.
De rode panda (Ailurus fulgens), ook wel kleine panda of katbeer, is veel kleiner dan – en niet nauw verwant aan – de reuzenpanda. Hij is zelfs het enige overlevende lid van zijn familie. Hoewel de rode panda is ingedeeld in de orde Carnivora, waarmee hij tot de vleesetende zoogdieren wordt gerekend, voedt hij zich voornamelijk met bamboescheuten en bladeren. Soms eet hij ook eikels, fruit, wortels, eieren, knaagdieren en kleine vogels. Het verspreidingsgebied van de rode panda bestaat uit bergwouden van de Himalaya en aangrenzende gebieden, en omvat delen van Bhutan, Nepal, India, Myanmar en China.
Een leuk weetje over de kleine panda is dat hij jarenlang bekend stond als simpelweg 'panda', voordat de reuzenpanda (die nu beter bekend is als 'panda') officieel werd beschreven en benoemd. Helaas wordt de rode panda bedreigd door verlies, versnippering en aantasting van zijn leefgebied.
De neusaap (Nasalis larvatus), die voorkomt op het eiland Borneo, staat bekend om zijn eigenaardige lange neus. Mannetjes hebben veel grotere neuzen dan vrouwtjes. Wetenschappers speculeren dat hun neuzen het geluid van hun roep versterken, die bedoeld is om indruk te maken op vrouwtjes en andere mannetjes te intimideren. De neusaap wordt in het Indonesisch bekantan genoemd en is in het Maleis ook wel bekend als orang belanda, wat ‘Nederlander’ betekent. Ze behoren tot de grootste apen in Azië. Helaas worden ze bedreigd door vernietiging van leefgebied en door de jacht.
De Bengaalse tijger, ook wel koningstijger genoemd, is een populatie van de ondersoort Panthera tigris tigris, en leeft in Siberië en Noordoost-China. In deze regio heerst een veel strenger klimaat voor tijgers dan in de leefgebieden van andere tijgerpopulaties, maar het heeft ook de voordelen van een verminderde aanwezigheid van mensen en uitgestrekte bossen.
Helaas is de tijger in een groot deel van zijn verspreidingsgebied uitgestorven en staat de soort als geheel momenteel op de lijst van bedreigde diersoorten. Tijgers zijn de grootste katachtigen ter wereld. Bengaalse tijgers leven wellicht in een gebied met een lage bevolkingsdichtheid, maar hebben nog steeds te maken met stroperij. Ondanks hun angstaanjagende reputatie vermijden tijgers over het algemeen mensen en vallen ze hen niet zomaar aan. The Northeast China Tiger and Leopard National Park Administration en het Russische Land of the Leopard National Park ondertekenden in 2019 een driejarig werkplan voor tijgerbehoud, wat voor beide landen een belangrijke stap was in grensoverschrijdende samenwerking.
De doejong of Indische zeekoe (Dugong dugon) is een zeezoogdier dat voorkomt in de Indische Oceaan, de Rode Zee en delen van het westelijke deel van de Stille Oceaan. Doejongs leven voornamelijk in kust- en binnenwateren en zijn onderdeel van de zeekoeien. Deze worden zo genoemd vanwege hun herbivore dieet en trage, zachtaardige aard. Net als koeien hebben ze grassen als hun primaire voedselbron. Ze zouden de inspiratiebron zijn geweest voor de mythische verhalen over zeemeerminnen en sirenen. Doejongs worden als kwetsbaar geclassificeerd. Ze zijn vaak het slachtoffer van bijvangst, scheepsaanvaringen en illegale jacht. Ook het verlies van leefgebieden en klimaatverandering bedreigen doejongs.
De koekoeksdwerguil (Glaucidium cuculoides) is een dwerguil die van nature voorkomt in Zuidoost-Azië en in de uitlopers van de Himalaya. Het is een kleine, bruine uil met witte strepen en felgele ogen. Hij is eerder dagactief dan nachtactief en kan overdag jagen.
De soort is geclassificeerd als minst zorgwekkend, maar dat betekent niet dat er geen koekoeksdwerguilen zijn die gevaar lopen. In maart 2020 werd bijvoorbeeld een uiltje gevonden in een betonnen watertank en gered door het team van IFAW-Wildlife Trust of India (WTI). Het uiltje werd naar het Center for Bear Rehabilitation and Conservation van IFAW-WTI gebracht om op te drogen en warm te blijven. De volgende ochtend was het uiltje weer klaar om te vliegen.
De roestkat (Prionailurus rubiginosus) is een van de kleinste leden van de kattenfamilie Felidae. Hij leeft in dichte bossen en rotsachtige gebieden in India en Sri Lanka en is te herkennen aan zijn korte, roodgrijze vacht. Hij dingt mee naar de titel van kleinste kat ter wereld met een lengte van slechts 35-48 centimeter en een gewicht van 1-1,6 kilogram – kleiner dan een huiskat. De ogen van roestkatten kunnen helder amberkleurig of groen zijn, maar ook doffer bruin. IUCN classificeert de roestkat als bijna bedreigd, omdat hij te maken heeft met verlies van leefgebied.
Hybride voortplanting (kruisingen) tussen roestkatten en verwilderde huiskatten is waargenomen, maar dit betekent niet dat roestkatten geschikte huisdieren zijn. Ze zijn niet tam en horen alleen in het wild te leven.
De sneeuwpanter, sneeuwluipaard of irbis (Panthera uncia) leeft in de bergen van Centraal-Azië, in een koud en droog klimaat, op kliffen, rotsen en in ravijnen. Het zijn solitaire, schuwe grote katachtigen. Interessant is dat sneeuwluipaarden, in tegenstelling tot andere grote katachtigen, niet kunnen spinnen. De grootste populaties sneeuwpanters leven in China in de regio’s en Mongolië. Ongeveer 4.500 van de 7.000 sneeuwluipaarden in de wereld leven in China’s regio’s en provincies Xinjiang, Tibetaanse Autonome Regio, Qinghai, Binnen-Mongolië en vier andere. Sneeuwluipaarden zijn stille, sluipende jagers die hun krachtige achterpoten gebruiken om toe te slaan. Eén prooi kan hen genoeg voedsel voor twee weken opleveren. Sneeuwluipaarden zijn kwetsbaar.
Weekschildpadden, echte weekschildpadden of drieklauwen (de familie Trionychidae) danken hun naam aan het feit dat hun schild geen harde schubben heeft, maar leerachtig en buigzaam aanvoelt. Ze zijn voornamelijk waterdieren en hebben een uniek gezicht met langwerpige, snorkelachtige neusgaten en een lange nek. Hoewel ze geen kieuwen hebben, kunnen ze langere tijd onder water blijven dankzij de structuur en fysiologie van hun bek, die net zo werkt als de kieuwen van een vis.
De familie weekschildpadden bevat veel soorten, waarvan meer dan de helft in Oost- en Zuidoost-Azië leeft. Sommige soorten zijn ernstig bedreigd, zoals de yangtze-weekschildpad, de Chitra chitra en de Chitra vandijki, die is vernoemd naar een Nederlandse zoöloog.
De oosterse dwergooruil (Otus sunia) is een vogel die leeft in Oost-, Zuid- en Zuidoost-Azië. Het is een bruine uil met korte pluimpjes boven zijn oren. Zijn roep bestaat uit een reeks van drie tot vier hol klinkende tonen, waarbij de laatste twee snel na elkaar klinken. Oosterse dwergooruilen leven meestal in bossen, maar kunnen ook worden aangetroffen in door mensen bewoonde gebieden, zoals tuinen en parken. De soort staat op de lijst van minst zorgwekkende soorten.
Afgelopen zomer werden 19 verweesde dwergooruilen opgenomen in het Beijing Raptor Rescue Center van IFAW. Omdat de uilen in één broedseizoen meerdere kuikens kunnen grootbrengen, kunnen de weesuiltjes tijdens hun rehabilitatie samen herstellen en van elkaar leren. Ze zijn allemaal opgegroeid in het BRRC en in de herfst weer vrijgelaten in het wild.
Help wilde dieren over de hele wereld te beschermen.
Zonder jouw steun kunnen wij ons werk niet doen. Geef nu voor het verbeteren van de leefomstandigheden voor dieren.
Unfortunately, the browser you use is outdated and does not allow you to display the site correctly. Please install any of the modern browsers, for example:
Google Chrome Firefox Safari